Hieronder staat de songtekst van het nummer The Sleeper , artiest - Sopor Aeternus & The Ensemble Of Shadows met vertaling
Originele tekst met vertaling
Sopor Aeternus & The Ensemble Of Shadows
At midnight, in the month of June,
I stand beneath the mystic moon.
An opiate vapor, dewy, dim,
Exhales from out her golden rim,
And, softly dripping, drop by drop,
Upon the quiet mountain top,
Steals drowsily and musically
Into the universal valley.
The rosemary nods upon the grave;
The lily lolls upon the wave;
Wrapping the fog about it’s breast,
The ruin molders into rest;
Looking like Lethe, see!
the lake
A conscious slumber seems to take,
And would not, for the world, awake.
All Beauty sleeps!- and lo!
where lies
Irene, with her Destinies!
O, lady bright!
can it be right-
This window open to the night?
The wanton airs, from the tree-top,
Laughingly through the lattice drop-
The bodiless airs, a wizard rout,
Flit through thy chamber in and out,
And wave the curtain canopy
So fitfully- so fearfully-
Above the closed and fringed lid
'Neath which thy slumb’ring soul lies hid,
That, o’er the floor and down the wall,
Like ghosts the shadows rise and fall!
Oh, lady dear, hast thou no fear?
Why and what art thou dreaming here?
Sure thou art come O’er far-off seas,
A wonder to these garden trees!
Strange is thy pallor!
strange thy dress,
Strange, above all, thy length of tress,
And this all solemn silentness!
The lady sleeps!
Oh, may her sleep,
Which is enduring, so be deep!
Heaven have her in it’s sacred keep!
This chamber changed for one more holy,
This bed for one more melancholy,
I pray to God that she may lie
For ever with unopened eye,
While the pale sheeted ghosts go by!
My love, she sleeps!
Oh, may her sleep
As it is lasting, so be deep!
Soft may the worms about her creep!
Far in the forest, dim and old,
For her may some tall vault unfold-
Some vault that oft has flung it’s black
And winged panels fluttering back,
Triumphant, o’er the crested palls,
Of her grand family funerals-
Some sepulchre, remote, alone,
Against whose portal she hath thrown,
In childhood, many an idle stone-
Some tomb from out whose sounding door
She ne’er shall force an echo more,
Thrilling to think, poor child of sin!
It was the dead who groaned within.
Om middernacht, in de maand juni,
Ik sta onder de mystieke maan.
Een opiaatdamp, bedauwd, zwak,
Ademt uit van haar gouden rand,
En, zacht druppelend, druppel voor druppel,
Op de rustige bergtop,
Steelt slaperig en muzikaal
In de universele vallei.
De rozemarijn knikt naar het graf;
De lelie hangt op de golf;
De mist om zijn borst wikkelen,
De ruïne vervormt tot rust;
Ziet eruit als Lethe, zie je!
het meer
Een bewuste slaap lijkt te duren,
En zou voor de wereld niet wakker worden.
Alle schoonheid slaapt!- en zie!
waar ligt
Irene, met haar lot!
O, dame helder!
kan het goed zijn-
Dit raam open voor de nacht?
De moedwillige luchten, van de boomtop,
Lachend door de tralie drop-
De lichaamloze luchten, een tovenaarsroute,
Fladder door uw kamer in en uit,
En zwaai met de gordijnluifel
Zo gepast- zo angstig-
Boven het gesloten en gefranjerde deksel
'Onder welke uw sluimerende ziel verborgen ligt,
Dat, over de vloer en langs de muur,
Als spoken stijgen en dalen de schaduwen!
Oh, lieve dame, heb je geen angst?
Waarom en wat droom je hier?
Zeker ben je gekomen O'er verre zeeën,
Een wonder voor deze tuinbomen!
Vreemd is uw bleekheid!
vreemd je jurk,
Vreemd, vooral, uw lengte van haar,
En dit allemaal plechtige stilte!
De dame slaapt!
O, moge ze slapen,
Dat is blijvend, dus wees diep!
De hemel heeft haar in zijn heilige donjon!
Deze kamer veranderde voor nog een heilige,
Dit bed voor nog een melancholie,
Ik bid tot God dat ze mag liegen
Voor altijd met ongeopend oog,
Terwijl de bleke geesten met het deken voorbij gaan!
Mijn liefste, ze slaapt!
Oh, moge ze slapen
Omdat het blijvend is, wees zo diep!
Zacht mogen de wormen over haar kruipen!
Ver in het bos, schemerig en oud,
Voor haar kan een hoog gewelf zich ontvouwen-
Een of andere kluis die vaak is weggegooid is zwart
En gevleugelde panelen die terug fladderen,
Triomfantelijk, over de kuifpalls,
Van haar grote familiebegrafenissen-
Een graf, afgelegen, alleen,
Tegen wiens portaal ze heeft geworpen,
In de kindertijd hebben menig nutteloze steen-
Een graf uit wiens klinkende deur
Ze zal nooit meer een echo forceren,
Spannend om na te denken, arm kind van de zonde!
Het waren de doden die van binnen kreunden.
Liedjes in verschillende talen
Hoogwaardige vertalingen in alle talen
Vind binnen enkele seconden de teksten die je nodig hebt