Песня новогодняя - Олег Медведев

Сам не свой сегодня я с начала дня — G H7 Em C D

Песня Новогодняя в гостях у меня: G H7 Em C D G

Импульсы нервные — то в тик, то в такт, G H7 Em C D

Часики верные — то «тик», то «так».

G H7 Em C D

Ржавого месяца мышиный писк, G H7 Em C D

Куда скрипишь, лестница, — то вверх, то вниз.

G H7 Em C D

Припев:

Первая полночь, звени скорее, Em D G H7

Пусть звезда не оставит нас, Em D Em

Покуда белые тигры Гипербореи G H7 C7

Не уходят из наших глаз.

G D Em

Где ж ты, моя пятница?

Прошляпил в ночи…

Но я умею пятиться — тупик научил —

Туда, назад, к началу, где в полный ход

Отходит от причала мой старый год.

Погружу в трюмы я стальные слова

Да дудочку угрюмую — 7.62,

Скорлупой крабьей хрустнет мир под ногой,

Уходи, кораблик, приходи другой.

Припев.

По морю аки посуху в заветный порт,

Словно стилет из посоха достать аккорд,

Издали, постепенно, а с седьмой строки,

Звонким штыком рефрена да в позвонки.

Тает снег кашицей по плечу,

Мне почему-то кажется, что я лечу,

С облака слой сажи смахнув плащом —

Куда летишь?

Дальше, ну куда ж еще.

Припев.

Ik ben zelf vandaag niet mezelf sinds het begin van de dag - G H7 Em C D

Nieuwjaarslied op bezoek bij mij: G H7 Em C D G

Zenuwimpulsen - nu naar de teek, dan naar de beat, G H7 Em C D

De klok is correct - nu "tik", dan "tik".

G H7 Em C D

Rusty moon mouse piep, G H7 Em C D

Waar je ook kraakt, de trap, dan naar boven, dan naar beneden.

G H7 Em C D

Refrein:

Eerste middernacht, bel snel, Em D G H7

Moge de ster ons niet verlaten, Em D Em

Zolang de witte tijgers van Hyperborea G H7 C7

Ze verlaten onze ogen niet.

G D Em

Waar ben je, mijn vrijdag?

Spuug in de nacht...

Maar ik weet hoe ik moet terugdeinzen - de doodlopende weg leerde -

Daar, terug, naar het begin, waar in volle gang

Mijn oude jaar vertrekt vanaf de pier.

Ik zal me onderdompelen in de grepen die ik stalen woorden

Ja, een sombere pijp - 7,62,

Krabschelp verplettert de wereld onder de voeten,

Ga weg, boot, kom nog een.

Refrein.

Over zee, zoals over land, naar de felbegeerde haven,

Als een stiletto van een staf om een ​​akkoord te krijgen,

Van een afstand, geleidelijk, maar vanaf de zevende regel,

Met een resonerende bajonet van een refrein en in de wervels.

De sneeuw smelt in drijfmest op de schouder,

Om de een of andere reden lijkt het alsof ik vlieg,

Met een mantel een roetlaag van een wolk vegen -

Waar vlieg je?

Verder, nou ja, waar anders.

Refrein.