Вавилон - Дети лабиринта

О Вавилон, великая блудница,

Ты вновь восстал из пепла, как та птица,

Которую ни съесть, ни проглотить,

Которую ни сжечь, ни утопить.

О Вавилон, блудница и химера,

Ты вновь блестишь фальшивою красой

Опять ты хочешь быть для всех примером,

И губишь плотью, травишь наркотой.

Но кто-то снова на горе Фаворе,

Готовится испить всю чашу горя,

Всю чашу выпить именем любви,

И вновь взывает: «Отче, помоги!»

Да, горе ждет тебя, о град великий,

Тебя, могучий и вселикий…

Ты вскоре будешь снова поражен,

Безудержно греховный Вавилон.

Пока ты вновь ликуешь, веселишься,

Фанфары, шоу, золото горой.

Опять над святой чистотой глумишься,

Но близок час, вот только твой иль мой?

O Babylon, grote hoer,

Je herrees uit de as, zoals die vogel,

Die niet gegeten of ingeslikt kan worden,

Die niet branden of verdrinken.

O Babylon, hoer en hersenschim,

Je straalt weer met valse schoonheid

Je wilt weer een voorbeeld zijn voor iedereen,

En je vernietigt met vlees, vergiftigt met drugs.

Maar er is weer iemand op de berg Tabor,

Klaar om de hele beker van verdriet te drinken,

Drink de hele beker in de naam van de liefde,

En weer roept hij: "Vader, help me!"

Ja, verdriet wacht op je, o grote stad,

Jij, machtig en almachtig...

Je zult snel weer versteld staan

Onstuitbaar zondig Babylon.

Terwijl je je weer verheugt, veel plezier,

Fanfare, show, gouden berg.

Opnieuw bespot je heilige reinheid,

Maar het uur is nabij, is het alleen van jou of van mij?