Troisièmes couteaux - Bernard Lavilliers

Devant nous l’an 2000. Quelques heures nous séparent

N’en parlez pas m’a-t-on dit

Et pourtant ce silence a comme un balancement maudit

Qui vous met la pendule à l’heure

C’est le moment, c’est pas trop tôt

Pour parler des troisièmes couteaux

Ils ne font rien, ils se situent

Ils sont consultants ambigus

Des hydres multinationales

Pas de nom, que des initiales

Ils ont de grands ordinateurs

Poules de luxe, hommes de paille

Requins, banquiers, simples canailles

Pas de nom et pas de photo

Leurs sociétés sont étrangères

Plus compliqué est le réseau

Qui les relie à leurs affaires

Il était grand, il était beau

Il sentait bon son Lugano

Mon gestionnaire

Justement près de Lugano

Etait la banque Ambrosiano

Là où les vierges vaticanes

Faisaient fructifier leur magot

Loge P2 dans ses arcanes

A deux massifs cardinaux

Pour les consultations diaphanes

Avec de joyeux mafiosos

Le fameux compte à numéro

Passe de Zurich à Lausanne

De Bâle à Londres, près de Soho

Rencontra le troisième couteau

Il était chauve, il était gros

Il portait des fringues de chez Smalto

Mon mercenaire

Les politiques, drôles d’oiseaux

Prennent toujours pour plan de vol

Les bulletins de la météo

Ils vont toujours où il fait beau

Il fait beau dans les audimats

Dans les sondages du Figaro

Il fait très beau chez la misère

Et dans les œuvres humanitaires

Il fait beau sur les droits de l’homme

Il fait beau chez l’intégration

Le plein emploi, l’immigration

On se les gèle dans le pognon

Politiquement leurs idéaux

Sont très ciblés sur deux critères:

Entre Mad Max et l’abbé Pierre

Pas de nom et pas de photo

Leurs sociétés sont étrangères

Plus étonnant est le réseau

Qui les réunit entre frères

Ils ne font rien, ils se situent

Ils prennent, ils se gavent, ils se tuent

Trivialité derrière les mots

La réussite dans les crocs

Ils sont là à tous les niveaux

C’est le règne des troisièmes couteaux

Voor ons het jaar 2000. Een paar uur scheiden ons

Praat er niet over is mij verteld

En toch heeft deze stilte een vervloekte heerschappij

Wie zet de klok voor jou

Het is tijd, het is niet te vroeg

Om over de derde messen te praten

Ze doen niets, ze zitten

Het zijn dubbelzinnige adviseurs

multinationale hydra's

Geen naam, alleen initialen

Ze hebben grote computers

Luxe kippen, stromannen

Haaien, bankiers, simpele schurken

Geen naam en geen foto

Hun samenlevingen zijn buitenlands

Ingewikkelder is het netwerk

Wie verbindt hen met hun bedrijf?

Hij was lang, hij was knap

Hij rook goed zijn Lugano

mijn manager

Vlak bij Lugano

Was de Ambrosiano-bank?

Waar de maagden van het Vaticaan

Hebben hun schat laten groeien

Lodge P2 in zijn mysteries

Heeft twee kardinale massieven

Voor doorschijnende consulten

Met vrolijke maffiosi

Het beroemde tellen op nummer

Pass van Zürich naar Lausanne

Van Bazel tot Londen, nabij Soho

Ontmoette het derde mes

Hij was kaal, hij was dik

Hij droeg kleding van Smalto

mijn huurling

Politici, vreemde vogels

Neem altijd een vluchtplan

Weerbericht

Ze gaan altijd waar het mooi weer is

Het is zonnig in de kijkcijfers

In de peilingen van Le Figaro

Het is heel mooi weer in ellende

En in humanitaire werken

Het is zonnig over mensenrechten

Het is mooi weer bij de integratie

Volledige werkgelegenheid, immigratie

We vriezen ze in het deeg

Politiek gezien hun idealen

Zijn zeer gericht op twee criteria:

Tussen Mad Max en Abbé Pierre

Geen naam en geen foto

Hun samenlevingen zijn buitenlands

Nog verbazingwekkender is het netwerk

Wie verenigt hen onder broeders?

Ze doen niets, ze zitten

Ze nemen, ze proppen zichzelf op, ze doden zichzelf

Trivialiteit achter de woorden

succes in crocs

Ze zijn er op alle niveaus

Het is de heerschappij van de derde messen