Petite soupe - Jeanne Cherhal

Je nage

Je nage nage nage

Au milieu du potage

Je coule

Je coule coule coule

Dans le bouillon de poule

Je flotte

Je flotte flotte flotte

En morceaux je mijote

Je fonds

Je fonds je fonds je fonds

Et vous raclez le fond

Je nage

Je nage nage nage

Dans l’immense village

Je coule

Je coule coule coule

Dans l'épaisseur des foules

Je flotte

Je flotte flotte flotte

Je crie et je chuchote

Je fonds

Je fonds je fonds je fonds

Alors on me confond

Je fonds je fonds je fonds

Comme en un puit sans fond

Ik zwem

ik zwem zwem zwem

Midden in de soep

ik ben aan het zinken

Ik ben stromend stromend stromend

In kippenbouillon

ik zweef

ik drijf drijf drijf

In stukjes sudder ik

ik smelt

ik smelt ik smelt ik smelt

En je schraapt de bodem

Ik zwem

ik zwem zwem zwem

In het enorme dorp

ik ben aan het zinken

Ik ben stromend stromend stromend

Midden in de drukte

ik zweef

ik drijf drijf drijf

Ik schreeuw en ik fluister

ik smelt

ik smelt ik smelt ik smelt

Dus ik raak in de war

ik smelt ik smelt ik smelt

Als een bodemloze put