Canoas Do Tejo - Carlos Do Carmo

Canoa de vela erguida

Que vens do Cais da Ribeira

Gaivota, que andas perdida

Sem encontrar companheira

O vento sopra nas fragas

O Sol parece um morango

E o Tejo baila com as vagas

A ensaiar um fandango

(refrão:)

Canoa

Conheces bem

Quando há norte pela proa

Quantas docas tem Lisboa

E as muralhas que ela tem

Canoa

Por onde vais?

Se algum barco te abalroa

Nunca mais voltas ao cais

Nunca, nunca, nunca mais

Canoa de vela panda

Que vens da boca da barra

E trazes na aragem branda

Gemidos de uma guitarra

Teu arrais prendeu a vela

E se adormeceu, deixa-lo

Agora muita cautela

Não vá o mar acordá-lo

Kano met zeil omhoog

Wie komen uit Cais da Ribeira

Zeemeeuw, je bent verdwaald

zonder een partner te vinden

De wind waait op de kliffen

De zon lijkt op een aardbei

En de Tejo danst met de vacatures

Een fandango repeteren

(Refrein:)

Kano

jij weet het goed

Wanneer het noorden bij de boeg is

Hoeveel dokken heeft Lissabon?

En de muren die het heeft

Kano

waar ga je naar toe?

Als een boot op je botst

Kom nooit meer terug naar het dock

Nooit, nooit, nooit meer

panda zeilkano

Wat komt er uit de mond van de bar

En zorgt voor de milde bries

Gekreun van een gitaar

Je arrais ving het zeil

En als hij in slaap viel, laat hem dan

Wees nu heel voorzichtig

Ga niet naar de zee om hem wakker te maken