Так Надо - Рем Дигга

За окном дождь, за окном тает лед, слезы льет он.

Заболит голова как всегда — за морями тот сладкий нектар.

За окном дождь, за окном тает лед, слезы льет он.

Заболит голова как всегда — за морями тот сладкий нектар.

Запутаный, как крот, между низов и высот завис

И куда то несет меня бриз, заколдованый позывом мисс.

Капли по стеклу бьют, ныне по тихой, гнезда страсти тут вьют —

Выпитыми бокалами, да, видами залитого обидой дна,

Дна где я, но не она.

На другом берегу, из золота рыбу я не жду подобно рыбаку

И плюнуть так таки на мечту не могу,

Молю ваше величество время не губите так вот слугу.

Я просто буду закатом, и рассветом для глаз

Зачем не знаю, но надо, это так надо, без поцелуев и фраз.

Буду закинутый в плеер, как шоколад для вина, мечты храня и лелея всегда за

кадром кина.

Ну, прям сопли, ветер унеси эти мысли,

Холод усыпи меня быстро, дождь — ты искры потуши.

Забыть смог ли?

Ведь совсем и нервы раскисли

В самое ж сердце прям выстрел, что лелеет помыслы души.

Кем стал?- надо эж трусом и так боюсь неполучить те штрихи,

Что бросает на листы она с легкой с руки

И приходя ко мне ложаться те, что на душу грузом.

На другом берегу, из золота рыбу я не жду подобно рыбаку

И плюнуть так таки на мечту не могу

молю ваше величество время не губите так вот слугу.

Кем стал?- надо эж трусом и так боюсь неполучить те штрихи,

Что бросает на листы она с легкой с руки

И приходя ко мне ложаться те, что на душу грузом.

На другом берегу, из золота рыбу я не жду подобно рыбаку

И плюнуть так таки на мечту не могу

молю ваше величество время не губите так вот слугу.

Тоска, не встретить мне видно в пустыне цветок средь песка.

Тоска, и снова оплачут дожди эту сказку пускай.

Het regent buiten, het ijs smelt buiten, het huilt.

Je hoofd zal pijn doen zoals altijd - buiten de zeeën is die zoete nectar.

Het regent buiten, het ijs smelt buiten, het huilt.

Je hoofd zal pijn doen zoals altijd - buiten de zeeën is die zoete nectar.

Verstrikt als een mol, tussen de bodems en de hoogten opgehangen

En ergens voert de wind me mee, betoverd door de roep van juffrouw.

Druppels vallen op het glas, nu stil, nesten van passie weven hier -

Drinkglazen, ja, uitzicht op de bodem vol wrok,

Beneden waar ik ben, maar niet zij.

Aan de andere kant van de goudvis wacht ik niet als een visser

En ik kan nog steeds niet op een droom spugen,

Ik smeek u, majesteit, verpest de dienaar niet op deze manier.

Ik zal gewoon de zonsondergang en de dageraad zijn voor de ogen

Ik weet niet waarom, maar het is nodig, het is nodig, zonder kusjes en zinnetjes.

Ik zal in de speler worden gegooid, zoals chocolade voor wijn, dromen koesteren en altijd koesteren voor

kin frame.

Nou, rechte snot, de wind blaast deze gedachten weg,

Koud bracht me snel in slaap, regen - je doofde de vonken.

Zou je het kunnen vergeten?

De zenuwen zijn tenslotte helemaal zuur

Een schot is recht in het hart dat de gedachten van de ziel koestert.

Wat ben je geworden? - Ik moet een lafaard zijn en ik ben zo bang om die aanrakingen niet te krijgen,

Wat ze met een lichte hand op de lakens gooit

En als ze bij mij komen, gaan zij die een last op mijn ziel zijn, liggen.

Aan de andere kant van de goudvis wacht ik niet als een visser

En ik kan nog steeds niet op een droom spugen

Ik smeek u, majesteit, verpest de dienaar niet op deze manier.

Wat ben je geworden? - Ik moet een lafaard zijn en ik ben zo bang om die aanrakingen niet te krijgen,

Wat ze met een lichte hand op de lakens gooit

En als ze bij mij komen, gaan zij die een last op mijn ziel zijn, liggen.

Aan de andere kant van de goudvis wacht ik niet als een visser

En ik kan nog steeds niet op een droom spugen

Ik smeek u, majesteit, verpest de dienaar niet op deze manier.

Verlangend zie ik geen bloem in de woestijn midden in het zand.

Verlangen, en laat de regen weer rouwen om dit sprookje.