Betas dziesma - Imants Kalniņš, Paula Ķiete, Ainars Mielavs

Zeltaini stari slīd

Aiz tāla kalna saule spīd

Un zeme lūdz, lai saule neaiziet

Lai saule nenoriet aiz kalna tālumā

Aiz kalna tālumā

Balti kā ievu ziedi melni laukakmeņi zied

Uz zemes klusumā tie bedrēs zied

Bet cilvēks rok un rok, un cilvēks neatrod

Jo cilvēks laukakmeņu ziedus nesaprot

Ja tu mūs nozagsi un vienaldzībā vadāsi

Mēs sadegsim, bet saulē aiziesim

Tavs tukšais lauks vēl tukšāks nekā agrāk būs

Un tad tu sauksi mūs, un tad tu sauksi mūs

Gouden stralen glijbaan

De zon schijnt achter een verre berg

En de aarde bidt dat de zon niet weggaat

Laat de zon niet ondergaan achter de berg in de verte

Achter de heuvel in de verte

Wit als duizendbladbloemen, zwarte rotsblokken bloeien

Op de grond in stilte bloeien ze in de gaten

Maar de mens graaft en graaft, en de mens vindt niet

Omdat de mens keibloemen niet begrijpt

Als je ons steelt en leidt met onverschilligheid

We zullen verbranden, maar we zullen in de zon vertrekken

Je lege veld zal nog leger zijn dan voorheen

En dan bel je ons, en dan bel je ons