Hieronder staat de songtekst van het nummer Le fantôme , artiest - Georges Brassens met vertaling
Originele tekst met vertaling
Georges Brassens
C'était tremblant, c'était troublant,
C'était vêtu d’un drap tout blanc,
Ça présentait tous les symptômes,
Tous les dehors de la vision,
Les faux airs de l’apparition,
En un mot, c'était un fantôme!
A sa manière d’avancer,
A sa façon de balancer
Les hanches quelque peu convexes,
Je compris que j’avais affaire
A quelqu’un du genr' que j’prefère:
A un fantôme du beau sexe.
«Je suis un p’tit poucet perdu,
Me dit-ell', d’un' voix morfondue,
Un pauvre fantôme en déroute.
Plus de trace des feux follets,
Plus de trace des osselets
Dont j’avais jalonné ma route!
"
«Des poèt's sans inspiration
Auront pris -- quelle aberration!
--
Mes feux follets pour des étoiles.
De pauvres chiens de commissaire
Auront croqué -- quelle misère!
--
Mes oss’lets bien garnis de moelle.
"
«A l’heure où le coq chantera,
J’aurai bonn' mine avec mon drap
Hein de faux plis et de coutures!
Et dans ce siècle profane où
Les gens ne croient plus guère à nous,
On va crier à l’imposture.
"
Moi, qu’un chat perdu fait pleurer,
Pensez si j’eus le cœur serré
Devant l’embarras du fantôme.
«Venez, dis-je en prenant sa main,
Que je vous montre le chemin,
Que je vous reconduise at home "
L’histoire finirait ici,
Mais la brise, et je l’en r’mercie,
Troussa le drap d’ma cavalière…
Dame, il manquait quelques oss’lets,
Mais le reste, loin d'être laid,
Etait d’un' grâce singulière.
Mon Cupidon, qui avait la
Flèche facile en ce temps-là,
Fit mouche et, le feu sur les tempes,
Je conviai, sournoisement,
La belle à venir un moment
Voir mes icônes, mes estampes…
«Mon cher, dit-ell', vous êtes fou!
J’ai deux mille ans de plus que vous… «-- Le temps, madam', que nous importe!
--
Mettant le fantôm' sous mon bras,
Bien enveloppé dans son drap,
Vers mes pénates je l’emporte!
Eh bien, messieurs, qu’on se le dis':
Ces belles dames de jadis
Sont de satanées polissonnes,
Plus expertes dans le déduit
Que certain’s dames d’aujourd’hui,
Et je ne veux nommer personne!
Au p’tit jour on m’a réveillé,
On secouait mon oreiller
Avec un' fougu' plein' de promesses.
Mais, foin des dédic's de Capoue!
C'était mon père criant: «Debout!
Vains dieux, tu vas manquer la messe!
»
Het trilde, het was verontrustend,
Het was gekleed in een geheel wit laken,
Het had alle symptomen.
Allemaal uit het zicht,
De valse luchten van de verschijning,
In één woord, het was een geest!
In zijn manier van vooruitgaan,
Op zijn manier van zwaaien
De ietwat bolle heupen,
Ik begreep dat ik aan het dealen was
Aan iemand van mijn favoriete geslacht:
Naar een geest van het schonere geslacht.
"Ik ben een verloren kleine duim,
Met gedempte stem zei ze tegen mij:
Een arme geest in wanorde.
Geen sporen meer van de slierten,
Geen sporen meer van de gehoorbeentjes
Waarmee ik mijn pad had gemarkeerd!
"
“Ongeïnspireerde dichters
Zal hebben genomen - wat een aberratie!
--
Mijn slierten voor sterren.
Arme commissaris honden
Zal geknarst hebben - wat een ellende!
--
Mijn mergachtige oss'lets.
"
“Als de haan kraait,
Ik zal er goed uitzien met mijn laken
Huh kreukels en naden!
En in deze seculiere tijd waar
Mensen geloven niet veel meer in ons,
We gaan keihard huilen.
"
Ik, die een verloren kat doet huilen,
Denk dat als ik een zwaar hart had
Voor de gêne van de geest.
"Kom," zei ik, terwijl ik haar hand pakte,
Laat me je de weg wijzen,
Laat me je naar huis rijden"
Het verhaal zou hier eindigen,
Maar de wind, en ik dank het,
Ik heb het blad van mijn date ingebonden...
Dame, er ontbraken een paar botten,
Maar de rest, verre van lelijk,
Was bijzonder sierlijk.
Mijn Cupido, die had de
Makkelijke pijl in die dagen,
Raak het doel en vuur op de slapen,
Ik heb stiekem uitgenodigd
Schoonheid komt nog even
Zie mijn iconen, mijn prints...
'Mijn liefste,' zei ze, 'je bent gek!
Ik ben tweeduizend jaar ouder dan u... '-- Tijd, mevrouw, wat kan het ons schelen!
--
De geest onder mijn arm leggend,
Goed gewikkeld in zijn laken,
Tegenover mijn huishouden heers ik!
Wel, heren, laat het gezegd worden:
Die lieve dames van weleer
Zijn verdomde boefjes,
Meer expert in de afgeleide
Dat bepaalde dames van vandaag,
En ik wil niemand noemen!
Bij het ochtendgloren werd ik wakker,
Ze schudden mijn kussen
Met een 'felle' vol 'belofte'.
Maar geen dedic's meer uit Capua!
Het was mijn vader die schreeuwde: 'Sta op!
Heilige goden, jullie gaan de mis missen!
»
Liedjes in verschillende talen
Hoogwaardige vertalingen in alle talen
Vind binnen enkele seconden de teksten die je nodig hebt