Серая месть - Александр Розенбаум

На лесной полосе

Я на корточки сел

И завыл на луну.

И на несколько вёрст

Разодрала мороз

Песня волка.

Разбросав ямщиков,

Дал копытами конь,

Пару брёвен свернув.

Обратившися в слух,

Сбились в кучу-_малу

Бык да тёлки.

Но протяжный мой вой

Совершенно не злой

По тебе тосковал.

Вьюги белой полой

Все следы замело

В белых сопках.

И сидят у плеча

Трое наших волчат,

Заявляя права

На тебя, на игру,

На молочную грудь

В шерсти теплой.

Три волчонка в снегу,

Наша плоть и кровь,

А там ушло в загул

Пьяное село.

Где в сарае лежит

У колосьев ржи

Та, с которой жил.

На лесной полосе

Лютый ветер свистел,

Занималась заря.

Я отвыл, отболел,

Я нашёл на земле

Их окурок.

Мне не с лапы бегом,

Потрусил на огонь

Горло рвать егерям.

Прикоснуться душой

К украшающим пол

Нашим шкурам.

А там визжит гармонь,

Не игра — дерьмо.

Знать, глаза залил

Мужичок Налим.

Зря он так меня,

Зря он так меня,

Зря он так меня

Разозлил.

Гнев глаза мне застил —

Я в сенях задавил

Молодого щенка,

Чуть постарше того,

Что остался за сумрачным лесом.

Не хорош, не красив,

Я с порога убил

Гармониста с клыка

И со всех четырёх

В грудь ударил того, с СКСом.

И у молодца

Лоскуты с лица —

Тоненько кричал,

Чисто зайца брал.

И я рвал его,

И я рвал его,

И я рвал его

И молчал.

Я закончил свой суд,

Я пометил посуду.

Я лапу поднял

И по новой завыл,

Торжеством упиваясь победным.

Я овцу захватил

И со всех своих лап

К нашим детям помчал,

Потому что так долго

Голодными быть очень вредно.

Три волчонка в снегу,

Наша плоть и кровь,

А там ушло в загул

Пьяное село.

Где в сарае лежит

У колосьев ржи

Та, с которой жил.

Op de bosweg

ik hurkte neer

En huilde naar de maan.

En voor enkele kilometers

Verscheurde de vorst

Wolfs lied.

Nadat ze de koetsiers hadden verstrooid,

Het paard gaf hoeven

Een paar logboeken gedraaid.

Draaien om te horen

Ineengedoken-_klein

Stier en vaarzen.

Maar mijn aanhoudende gehuil

Helemaal niet slecht

Ik heb je gemist.

Blizzards of white hollow

Alle sporen zijn bedekt

In de witte heuvels.

En ze zitten op de schouder

Drie van onze wolvenwelpen

Rechten claimen

Voor jou, voor het spel,

Op melkborst

Van warme wol.

Drie wolvenwelpen in de sneeuw

Ons vlees en bloed

En daar ging het op een spree

Dronken dorp.

Waar in de schuur ligt

Op oren van rogge

Degene met wie hij samenwoonde.

Op de bosweg

De felle wind floot

De dageraad brak aan.

Ik vertrok, werd ziek,

vond ik op de grond

Hun sigarettenpeuk.

Ik kan niet van mijn poten weglopen,

draafde op het vuur

Keeltraanjagers.

raak de ziel aan

Aan degenen die de vloer versieren

Onze huiden.

En daar piept de accordeon,

Geen spel - shit.

Weet je, ogen overstroomd

Man Nalim.

Tevergeefs is hij zo ik

Tevergeefs is hij zo ik

Tevergeefs hij zo mij

Boos.

Woede verblindde mijn ogen -

Ik verpletterde in de gang

jonge pup,

Een beetje ouder dan dat

Wat bleef er achter het sombere bos.

Niet goed, niet mooi

Ik doodde vanaf de drempel

Harmonist uit de hoek

En van alle vier

Hij raakte degene met de SCS in de borst.

En de jonge man

Flappen van het gezicht -

Schreeuwde zacht

Hij nam een ​​zuivere haas.

En ik scheurde het

En ik scheurde het

En ik scheurde het

En hij was stil.

Ik ben klaar met mijn proef,

Ik heb de gerechten gemarkeerd.

Ik hief mijn poot op

En weer huilde,

Genieten van de viering van de overwinning.

Ik heb een schaap gevangen

En van al je poten

Gehaast naar onze kinderen,

Omdat het zo lang geleden is

Honger hebben is erg schadelijk.

Drie wolvenwelpen in de sneeuw

Ons vlees en bloed

En daar ging het op een spree

Dronken dorp.

Waar in de schuur ligt

Op oren van rogge

Degene met wie hij samenwoonde.