Перекур (Дубль 3) - Александр Башлачёв

Кто-то шепнул — или мне показалось?

Кто-то сказал и забил в небо гвозди.

Кто-то кричал и давил нам на жалость.

А кто-то молчал и давился от злости.

И кто-то вздохнул от любви нераздельной.

Кто-то икнул — значит, помнят беднягу.

Кто-то всплакнул — ну, это повод отдельный.

А кто-то шагнул, да не в ногу, и сразу дал тягу.

А время дождем пластануло по доскам стропил

Время течет, растолкав себя в ступе.

Вот кто-то ступил по воде.

Вот кто-то ступил по воде.

Вот кто-то ступил по воде,

Да неловко и все утопил.

Значит, снова пойдем.

Вот покурим, споем и приступим.

Снова пойдем.

Перекурим, споем и приступим.

Кто-то читал про себя, а считал — все про дядю.

Кто-то устал, поделив свой удел на семь дел.

Кто-то хотел видеть все — только сбоку не глядя.

А кто-то глядел, да, похоже, глаза не надел.

А время дождем пластануло по доскам стропил.

Время течет, растолкав себя в ступе.

Вот кто-то ступил по воде.

Вот кто-то ступил по воде.

Вот кто-то пошел по воде…

Значит, тоже пойдем.

Вот покурим, споем и приступим.

Тоже пойдем.

Перекурим.

Споем.

И приступим.

Но кто-то зевнул, отвернулся и разом уснул.

Разом уснул и поэтому враз развязалось.

— Эй, завяжи!

— кто-то тихо на ухо шепнул.

— Эй, завяжи!

— кто-то тихо на ухо шепнул.

Перекрестись, если это опять показалось.

Перекрестись, если это опять показалось.

Iemand fluisterde - of leek het mij?

zei iemand en sloeg spijkers in de lucht.

Iemand schreeuwde en drong aan op medelijden.

En iemand zweeg en verslikte zich van woede.

En iemand zuchtte van onafscheidelijke liefde.

Iemand hikte - dus ze herinneren zich de arme kerel.

Iemand huilde - nou, dit is een aparte reden.

En iemand deed een stap, maar niet in stap, en gaf meteen een duw.

En de tijd spatte als regen op de spanten

De tijd stroomt en duwt zichzelf in een vijzel.

Hier stapte iemand op het water.

Hier stapte iemand op het water.

Hier stapte iemand op het water,

Ja, onhandig en verdronk alles.

Dus laten we weer gaan.

Laten we roken, zingen en laten we beginnen.

Laten we opnieuw gaan.

Laten we roken, zingen en laten we beginnen.

Iemand las over zichzelf, maar hij dacht - alles over zijn oom.

Iemand werd moe en verdeelde zijn lot in zeven dingen.

Iemand wilde alles zien - alleen niet kijkend vanaf de zijkant.

En iemand keek, ja, het lijkt erop dat hij zijn ogen niet opzette.

En de tijd spatte als regen op de spanten.

De tijd stroomt en duwt zichzelf in een vijzel.

Hier stapte iemand op het water.

Hier stapte iemand op het water.

Hier loopt iemand op het water...

Dus laten we ook gaan.

Laten we roken, zingen en laten we beginnen.

Laten we ook gaan.

Laten we roken.

Laten we zingen.

En laten we beginnen.

Maar iemand gaapte, wendde zich af en viel meteen in slaap.

Ik viel meteen in slaap en daarom werd het meteen losgemaakt.

- Hé, bind het vast!

- fluisterde iemand zachtjes in zijn oor.

- Hé, bind het vast!

- fluisterde iemand zachtjes in zijn oor.

Kruis jezelf als het weer leek.

Kruis jezelf als het weer leek.