Hieronder staat de songtekst van het nummer Jean de la Providence de Dieu , artiest - Juliette Gréco met vertaling
Originele tekst met vertaling
Juliette Gréco
C'était en l’an dix-neuf cent deux
Quand Jean d' la Providence de Dieu
Ouvrit la porte sans carte blanche
Son front était cuit et recuit
Par le soleil et les soucis
Son sac était lourd sur sa hanche
Mais la mer du Nord s’engouffra
Dans l' bar où tenions nos états:
Y avait Machin, Chose et Langlois
Y avait Frances, et c'était moi !
Nous étions tous les cinq à l’aise
Dans le vieux bar de l’Irlandaise !
En ce temps-là, y avait Langlois
Machin et Chose, l’Irlande et moi
Le vent qui soufflait de la mer
Nous a pris dans ses bras de fer
Pour en emporter deux en douce
Il ne resta dans l' cabaret
Après qu’ils se furent taillés
Car ils avaient l' diable à leurs trousses
Que Langlois, moi et ce curieux
Jean de la Providence de Dieu !
Y avait donc Jean, et Cætera
Langlois, et la môme qu'était moi
Langlois, très fauché, mit les voiles
Pour retrouver sa bonne étoile
Alors nous ne fûmes plus que deux
Moi et la Providence de Dieu !
On m' nomme aussi «Saint-Jean bouche d’or»
Me dit ce grand matelot du Nord
Et quand je chante ma complainte
Au petit jour, passé minuit
Ici ou là, comme un défi
Toutes les garces se croient des saintes !
Puis il disparut en chantant
Autant en emporte le vent…
Y avait Machin, Chose et Langlois
Maintenant, il n’y avait plus que moi !
J'étais seule devant les bouteilles
Elles m’offraient d’autres merveilles !
En souvenir de Jean, j’en bus deux
Et tout l' reste à la grâce de Dieu !
Que sont devenus mes copains?
À dire vrai, je n’en sais plus rien
L’Irlandaise a fermé boutique
Machin et Chose ont disparu
Dans le décor des inconnus
C’est la faute au vent hystérique:
Il fit entrer ce Jean de Dieu
Sa Providence et ses bons vœux !
Ah, les bistrots des ports de mer !
Lorsque le vent pleure en hiver
Et vous prend pour toute la vie
Avec ses orgues de Barbarie !
C'était en l’an dix-neuf cent deux
Au Rendez-vous des amoureux
Het was in het jaar negentienhonderdtwee
Toen Johannes van de Voorzienigheid van God
Opende de deur zonder een witte kaart
Zijn voorhoofd was gebakken en gegloeid
Door de zon en zorgen
Haar tas was zwaar op haar heup
Maar de Noordzee verzwolg
In de bar waar we onze verklaringen hielden:
Er was Machin, Chose en Langlois
Er was Frances, en ik was het!
We waren alle vijf op ons gemak
In de oude Ierse bar!
In die tijd was er Langlois
Ding en Ding, Ierland en ik
De wind die uit de zee blies
nam ons in zijn arm worstelen
Om er twee weg te nemen
Hij bleef alleen in het cabaret
Nadat ze zichzelf hadden gesnoeid
Omdat ze de duivel op hun hielen hadden
Die Langlois, ik en deze nieuwsgierig
Johannes van de Voorzienigheid van God!
Dus daar was Jean, en Caetera
Langlois, en het kind dat ik was
Langlois, erg blut, zette koers
Om zijn gelukkige ster te vinden
Dus we waren maar twee
Ik en de Voorzienigheid van God!
Ze noemen me ook "Saint-Jean mond van goud"
Zei tegen mij die geweldige zeeman uit het noorden
En als ik mijn klaagzang zing
Bij het aanbreken van de dag, na middernacht
Hier of daar, als een uitdaging
Alle teven denken dat ze heiligen zijn!
Toen verdween hij zingend
Weg met de wind…
Er was Machin, Chose en Langlois
Nu was ik het alleen!
Ik stond alleen voor de flessen
Ze boden me andere wonderen aan!
Ter nagedachtenis aan John dronk ik er twee
En al het andere door de genade van God!
Wat is er met mijn vrienden gebeurd?
Ik weet het eerlijk gezegd niet meer
De Ierse vrouw sloot de winkel
Ding en Ding zijn verdwenen
In het landschap van vreemden
Geef de hysterische wind de schuld:
Hij bracht deze Johannes van God binnen
Zijn Voorzienigheid en goede wensen!
Ah, de zeehavenbistro's!
Als de wind huilt in de winter
En neemt je mee voor het leven
Met zijn draaiorgels!
Het was in het jaar negentienhonderdtwee
Bij Lovers' Rendezvous
Liedjes in verschillende talen
Hoogwaardige vertalingen in alle talen
Vind binnen enkele seconden de teksten die je nodig hebt