Золотые львы - Зоопарк

Я не знал, куда я шел, но я шел с тобой,

И ветер почему-то всегда дул мне прямо в грудь.

И когда дорогу преградил обрыв,

Я не смог найти в себе сил, чтоб в него заглянуть.

Ты видела шрамы на моих руках,

Но чужие раны не так глубоки,

И мой огонь горел, он горит и сейчас,

Но праздники были еще далеки,

Они не наступили…

И солнце садилось в горящую нефть,

И тень твоя стала короче других теней.

И всадник подъехал к моим дверям,

Но он не принес от тебя никаких новостей.

И ангелы осени были в тысячу раз

Добрей, чем ангелы весны.

Но чем холодней становилась зима,

Тем теплей становились сны.

Они меня согрели…

И я проснулся посредине реки,

Думая о том, как часто все бывает не так.

Течение несло меня на скалу,

А с берега я слышал лай голодных собак.

И я тонул, но ты не могла,

А может не хотела меня спасти.

Но тот, который стоял на мосту,

Зачем-то сказал, куда мне грести.

И я выплыл…

Я так давно не знал покоя,

Что я успел забыть, что такое покой.

И я поцеловал золотого льва,

Который охранял границу между мной и тобой.

И в этот час рыбы легли на дно,

И дождь уснул в молчанье травы.

Я знал — другого не дано,

Но кто мог, что это скажешь мне ты.

Ты сказала…

Ты сделала больно всем, кого я любил,

И молчанье твое было слишком похоже на ложь,

Но мне важно лишь то, что ты жива,

Мне наплевать на то, с кем ты живешь!

Вчера ты спросила, как мои дела,

И я не знал, что ответить тебе.

И я подлил тебе вина,

Но почему-то забыл подлить его себе.

Я забыл…

Но время идет, и не ждет никого,

И как я ни старался, я не смог ничего забыть.

И все мои друзья живут рядом со мной,

Но меня удивляет, как они могут так жить?

Ik wist niet waar ik heen ging, maar ik liep met je mee,

En om de een of andere reden blies de wind altijd recht in mijn borst.

En toen de weg werd geblokkeerd door een klif,

Ik kon de kracht niet in mezelf vinden om ernaar te kijken.

Je zag de littekens op mijn handen

Maar de wonden van andere mensen zijn niet zo diep,

En mijn vuur brandde, het brandt nu,

Maar de feestdagen waren nog ver weg,

Ze kwamen niet...

En de zon ging onder op brandende olie,

En je schaduw is korter geworden dan andere schaduwen.

En de ruiter reed naar mijn deur,

Maar hij bracht geen nieuws van jou.

En de engelen van de herfst waren duizend keer

Liever dan de engelen van de lente.

Maar hoe kouder de winter werd

Hoe warmer de dromen werden.

Ze hielden me warm...

En ik werd wakker in het midden van de rivier,

Nadenken over hoe vaak het mis gaat.

De stroom voerde me naar de rots,

En vanaf de kust hoorde ik het geblaf van hongerige honden.

En ik was aan het verdrinken, maar jij kon niet

Of misschien wilde ze me niet redden.

Maar degene die op de brug stond

Om de een of andere reden vertelde hij me waar ik moest roeien.

En ik zwom naar buiten...

Ik heb al zo lang geen vrede gekend,

Dat ik erin slaagde te vergeten wat vrede is.

En ik kuste de gouden leeuw,

Die de grens tussen jou en mij bewaakte.

En op dat uur ging de vis op de bodem liggen,

En de regen viel in slaap in de stilte van het gras.

Ik wist - er is geen ander gegeven,

Maar wie zou, wat zou je me vertellen.

Jij zei…

Je hebt iedereen pijn gedaan van wie ik hield

En jouw stilte leek teveel op een leugen,

Maar het enige dat voor mij telt, is dat je leeft

Het kan me niet schelen met wie je samenwoont!

Gisteren vroeg je me hoe het met me gaat

En ik wist niet wat ik je moest antwoorden.

En ik schonk je wat wijn in

Maar om de een of andere reden vergat ik het aan mezelf toe te voegen.

Ik ben het vergeten…

Maar de tijd gaat voorbij en wacht op niemand,

En hoe ik ook mijn best deed, ik kon niets vergeten.

En al mijn vrienden wonen naast mij,

Maar ik vraag me af hoe ze zo kunnen leven?