Natal Day - Tulus

Benighted scene by the darkened lake,

In the gloomfull, dispiriting black.

Born from a mother not awake,

Blood is the solitary track.

Knifelike rain in cuttings wind,

Lashed against a dying mother’s face.

The owls sighed, the reaper grinned,

Human scent, so easily traced.

Harvester of the dead,

Inescapably led

To her inalterable bed.

Left on the soaked moss, her male child,

Attracting the creatures of the woods,

Some in fury, some beguiled,

Greed gave triumph to the wolf.

Taken to the damp and noisome lair,

Fed on the flesh from his mater.

Sleeping and waking, unaware,

Evermore faithful, but a traitor

Cold, appalled, awaken,

Never meant to be taken

By the harvester of the forsaken.

Nachtelijk tafereel bij het verduisterde meer,

In het sombere, ontmoedigende zwart.

Geboren uit een niet wakkere moeder,

Bloed is het eenzame spoor.

Mesachtige regen in stekkenwind,

Gesjord tegen het gezicht van een stervende moeder.

De uilen zuchtten, de maaier grijnsde,

Menselijke geur, zo gemakkelijk te traceren.

Oogstmachine van de doden,

Onontkoombaar geleid

Naar haar onveranderlijke bed.

Links op het doorweekte mos, haar mannelijk kind,

De wezens van het bos aantrekken,

Sommigen in woede, sommigen verleid,

Hebzucht gaf triomf aan de wolf.

Naar het vochtige en lawaaierige hol gebracht,

Gevoed met het vlees van zijn matroos.

Slapen en waken, onbewust,

Steeds trouwer, maar een verrader

Koud, ontzet, ontwaak,

Nooit bedoeld om mee te nemen

Door de oogster van de verlatenen.