Лесник - Полковник и однополчане

Утро красит нервным светом

Стены древнего Кремля,

Просыпается с рассветом

Вся советская земля.

Вон старушка кормит телку,

Вон угнали самолет,

Вон сорвалась шишка с елки,

Вон взорвали химзавод.

Чахнет солнце в небе синем,

Заражает облака,

Слышен крик: «Спасай Россию»,

из избушки лесника.

Спит лесник — детина рыжий,

Видит сон, страна вопит:

У кого попроще — грыжа,

У хозяев — менингит.

Снится будто все — уроды,

Нет житья который год,

А избранники народа

Гадят в собственный народ.

Все ученые, заразы,

А только толку что от них,

В разноцветных унитазах

Ловят рыбок золотых.

То указы, то отмены,

То не думать, то не пить,

А съешьте пачечку пургена,

веселее будет жить.

А на кладбище — ой, худо,

А на кладбище — бардак,

Что не мрамор, то паскуда,

Что не бронза, то дурак.

Встал лесник от страха синий,

Ба, да я же здесь живу,

И кричит: «Спасай Россию»,

Не во сне, а наяву.

Так не должно продолжаться,

Остается лишь одно,

Всей России приподняться,

Чтоб стекло с нее говно.

И всех врагов одним уларом

Мы прикончим, а пока

Ты пой, звени, моя гитара,

Балалайка дурака.

Ochtendkleuren met nerveus licht

Muren van het oude Kremlin

Wordt wakker bij zonsopgang

Allemaal Sovjetland.

Er is een oude vrouw die een vaars voedt,

Het vliegtuig is gekaapt

Een kegel viel van de boom,

Vaughn blies een chemische fabriek op.

De zon kwijnt weg in de blauwe lucht,

Infecteert de wolken

Er klinkt een kreet: "Red Rusland",

van de boswachtershut.

De boswachter slaapt - een roodharig kind,

Ziet een droom, het land schreeuwt:

Wie heeft het gemakkelijker - een hernia,

De eigenaren hebben meningitis.

Dromen dat iedereen freaks is,

Een jaar lang geen leven

En de uitverkorenen van het volk

Ze schijten op hun eigen mensen.

Alle wetenschappers, besmettingen,

En voel dat alleen van hen,

In kleurrijke toiletpotten

Ze vangen goudvissen.

Nu decreten, dan annuleringen,

Ofwel niet denken, dan niet drinken,

En eet een pakje purgen,

het leven wordt leuker.

En op het kerkhof - oh, het is erg,

En de begraafplaats is een puinhoop,

Wat is geen marmer, dan vuil,

Wat geen brons is, is een dwaas.

De boswachter stond op uit blauwe angst,

Bah, ja, ik woon hier,

En roept: "Red Rusland",

Niet in een droom, maar in werkelijkheid.

Zo moet het niet doorgaan

Er is nog maar één ding over

Heel Rusland staat op,

Zodat het glas ervan stront is.

En alle vijanden met één klap

We zullen eindigen, maar voor nu

Je zingt, belt, mijn gitaar,

De balalaika van de dwaas.