На кухне - КИНО

Ночь, день — спать лень.

Есть дым — чёрт с ним.

Сна нет — есть сон лет.

Кино — кончилось давно.

Мой дом, я в нём

Сижу — пень пнём.

Есть свет, сна нет.

Есть ночь — уже уходит прочь.

Стоит таз, горит газ.

Щелчок — и газ погас.

Пора спать — в кровать.

Вставать, завтра вставать.

Nacht, dag - te lui om te slapen.

Er is rook - naar de hel ermee.

Er is geen slaap - er is een droom van jaren.

De bioscoop is al lang voorbij.

Mijn huis, ik zit erin

Ik zit - we stompen.

Er is licht, er is geen slaap.

Er is een nacht - hij gaat al weg.

Er is een bassin, het gas brandt.

Een klik en het gas viel uit.

Het is tijd om te slapen - in bed.

Opstaan, morgen opstaan.