Bratislava - Faber

Vielleicht ist’s nur die Farbe des Himmels

Der Dreck an den Fassaden dieser Stadt

Die mich ins Elend gerissen hat

Der Fluss ist ein trübes bisschen Armut

Hier wurde lange kein Fisch mehr gesehen

Für den es sich lohnt zum Fischfang zu gehen

Die Fischertöchter angeln sich nun Männer

Zeigen Bein und Brust wenn’s denn sein muss

Für etwas Geld tut man alles in der Welt

Es sind die selben, die bei uns Schlange stehen

Auf den Straßen, um dir schnell einen zu blasen

Oder sich ficken lassen in deinem Wagen

Wo Schwäne fliegen über den spiegelglatten See

Ein Liebespaar am Ufer hat’s beim Küssen nicht geseh’n

Jetzt Sitz ich an der Bar und bin zum Rand voll

Mit Hurensöhnen, Faschisten, Nazifressen

Die hier im Suff den ganzen Dreck vergessen

Und ich weiß es wird Zeit zu gehen

Ich hab mit dem Kopf schon auf dem Tresen gelegen

Doch ich kann meine Beine nicht bewegen

So bleib ich bis der erste Sonnenschein mich aus diesem Drecksloch zwingt und

mit sich nimmt

Und mein Tag an einem Besseren Ort beginnt

Wo Schwäne fliegen über den spiegelglatten See

Ein Liebespaar am Ufer hat’s beim Küssen nicht geseh’n

Wo Schwäne fliegen über den spiegelglatten See

Ein Liebespaar am Ufer hat’s beim Küssen nicht geseh’n

Misschien is het gewoon de kleur van de lucht

Het vuil op de gevels van deze stad

Dat maakte me ongelukkig

De rivier is een troebel stukje armoede

Er is hier al lang geen vis meer gezien

Waarop het de moeite waard is om te gaan vissen

De vissersdochters vissen nu op mannen

Laat je benen en borst zien als het moet

Voor weinig geld kun je alles in de wereld doen

Het zijn dezelfde die in lijn met ons staan

Op straat om je een snelle pijpbeurt te geven

Of word geneukt in je auto

Waar zwanen over het spiegelgladde meer vliegen

Een verliefd stel aan de kust zag het niet kussen

Nu zit ik aan de bar en zit ik tot de nok toe vol

Met klootzakken, fascisten, nazi-eters

Wie hier in de dronkaard vergeet al het vuil?

En ik weet dat het tijd is om te gaan

Ik had mijn hoofd al op het aanrecht

Maar ik kan mijn benen niet bewegen

Zo blijf ik tot de eerste zonneschijn me uit dit strontgat dwingt en

neemt met hem mee

En mijn dag op een betere plek begint

Waar zwanen over het spiegelgladde meer vliegen

Een verliefd stel aan de kust zag het niet kussen

Waar zwanen over het spiegelgladde meer vliegen

Een verliefd stel aan de kust zag het niet kussen