Armer, Alter, Reicher Mann (Sittin' On The Dock Of The Bay) - Howard Carpendale

Siehst Du dort den alten Mann an der Reling seiner Yacht?

Hier steht er tagein tagaus und sieht immerzu auf’s Meer hinaus.

Armer alter reicher Mann, aber auch er stand einmal am Pier,

mit Plänen und mit Träumerei'n so wie wir.

Manchmal nimmt er einen Stein und wirft ihn ins Wasser hinein.

Das Wasser fließt darüber hin, immerzu und ohne Sinn.

Armer alter reicher Mann, still geht das Meer, Ebbe und Flut,

und er schaut sein Leben an: War es gut?

Schnell wie ein Tag flog es vorbei, und zufrieden war er nie dabei.

Nun steht er hier und ist nicht mehr als irgendein alter Millionär.

Wir sind jung und so verliebt, aber später — was kommt dann?

Werden wir dann glücklich sein, oder einsam wie dieser Mann?

Armer alter reicher Mann, er sieht hinaus auf das Meer.

Und er sieht die Wellen geh’n hin und her.

Instrumental (gepfiffen)

Zie je die oude man aan de reling van zijn jacht?

Hier staat hij dag in dag uit en kijkt altijd uit op zee.

Arme oude rijke man, maar ook hij stond ooit op de pier,

met plannen en met dromen zoals wij.

Soms neemt hij een steen en gooit die in het water.

Het water stroomt eroverheen, constant en zonder betekenis.

Arme oude rijke man, de zee gaat stil, eb en vloed,

en hij kijkt naar zijn leven: was het goed?

Het vloog zo snel als een dag voorbij en hij was er nooit tevreden mee.

Nu is hij hier, niet meer dan een oude miljonair.

We zijn jong en zo verliefd, maar later - wat komt er daarna?

Zullen we dan net zo gelukkig of eenzaam zijn als deze man?

Arme oude rijke man, hij kijkt uit over zee.

En hij ziet de golven heen en weer gaan.

Instrumentaal (gefluit)