Conceição dos coqueiros - Maria Rita

Ia dessa maneira

Subindo o morro bem devagar

Boca da alma cantando

Senhora dos coqueiros

Chego mais perto e me ilumino

Eu que já vim de tão longe

Daqui se vê o mar

Também se vê a dor e o mal

Gente que reza e sofre tanto

Leva ao ouvido de deus

O meu lamento

Por nós

Chuva derrete o gesso

Ó, Conceição estende o manto

Vira do avesso esse canto

Desce dessa janela

Venha soprar vela por vela

Sopre de novo esperança

Vem cá

Vem desabençoar

Essa tristeza intrusa

Faz a ciranda na ladeira

Sopra no ouvido de Deus

Esse lamento

ging deze kant op

Heel langzaam de heuvel op gaan

Mond van de ziel zingen

dame van de kokospalmen

Ik kom dichterbij en ik word lichter

Ik ben zo ver gekomen

Vanaf hier kun je de zee zien

Je ziet ook pijn en kwaad

Mensen die zoveel bidden en lijden

Leidt tot het oor van God

mijn spijt

Voor ons

Regen doet het gips smelten

Oh, Conceição breidt de mantel uit

Draai deze hoek ondersteboven

kom naar beneden uit dit raam

Kom kaarsje voor kaarsje blazen

Blaas weer hoop op

Kom hier

kom disbless

Dit opdringerige verdriet

Maakt de ciranda op de helling

Blaast in het oor van God

deze klaagzang