Tératologie - Eths

Parle-moi encore, je sais ce que tu aimes faire de moi.

Dforme-moi, dvore l’assassin prtorien assoiff par mon vin.

Viens coucher ma tte fauche, termine ton effort.

Travaille ton sang ma sueur mle.

N’oublie jamais la saveur de l’horreur sous mes dents.

N’oublie jamais que le corps n’oublie jamais.

Tu m’as vendue cloue, use.

Tu te souviendras de moi.

J’achverai ta plaie, l’odeur de ta peur me ment.

Les carcasses ici s’amassent, collection organique.

Les murmures manipulent les drglements anatomiques.

Quelle claire anthropophanie.

De curieuses tortures rinventent la gense du corps.

Nourris pas nous.

Les btes pendues, protoms humains l’me tendue.

Ils savent dj tout.

Vident la gueule de leurs chiennes pour boucher la mienne.

J’ai l quatre autres langues pour dire tout ce que je sais.

Tout ce que je saigne.

N’oublie jamais la saveur de l’horreur sous mes dents.

N’oublie jamais que le corps n’oublie jamais.

Tu m’as vendue cloue, use.

Tu te souviendras de moi.

On te rappellera ce que tu nous as fait et comment tu l’as fait.

Nos crnes, couvercles amovibles, coulisses de l’aprs.

L'њil imprvisible moi, mtastable Mandrill au visage d’argile.

Maintenant je sais.

Je sais qui tu es.

Tu sais qui tu es.

Tu sais qui tuer.

Tratologie morphologique.

Monstruosit fixe.

N’oublie jamais que le corps n’oublie jamais.

Tu m’as pendue tourne, corde, je reviendrai hurler.

Ma honte, vomir ta tombe de nuages emplis de feu de carnage.

Pour que plus jamais ta mort ne te repose.

J’attends la gueule bante ma folie salivante.

La chaleur de ton cњur sous ma langue, apparat ton vrai visage.

Je te hais, je te hais, je te hais, je te hais puisqu’on se connat,

puisqu’on se connat, puisqu’on se connat.

Praat nog eens met me, ik weet wat je graag met me doet.

Vervorm me, verslind de Praetoriaanse moordenaar dorstig met mijn wijn.

Kom, leg mijn gemaaide hoofd neer, maak je poging af.

Werk je bloed mijn mannelijke zweet.

Vergeet nooit de smaak van horror onder mijn tanden.

Vergeet nooit dat het lichaam nooit vergeet.

Je hebt me nagels verkocht, gebruik.

Jij zal mij herinneren.

Ik zal je wond afmaken, de geur van je angst liegt tegen mij.

De karkassen hier stapelen zich op, organische verzameling.

Murmurs manipuleren anatomische stoornissen.

Wat een duidelijke antropofanie.

Merkwaardige martelingen vinden het geslacht van het lichaam opnieuw uit.

Voed ons niet.

De opgehangen beesten, menselijke protomen met uitgestrekte zielen.

Ze weten alles al.

Leeg de mond van hun vrouwelijke honden om de mijne te stoppen.

Ik heb vier andere talen om alles te zeggen wat ik weet.

Alles wat ik bloed.

Vergeet nooit de smaak van horror onder mijn tanden.

Vergeet nooit dat het lichaam nooit vergeet.

Je hebt me nagels verkocht, gebruik.

Jij zal mij herinneren.

Je wordt herinnerd aan wat je ons hebt aangedaan en hoe je het hebt gedaan.

Onze schedels, afneembare deksels, achter de schermen.

Het onvoorspelbare oog mij, de smakelijke Mandril met het gezicht van klei.

Nu weet ik het.

Ik weet wie je bent.

Je weet wie je bent.

Je weet wie je moet doden.

Morfologische tratologie.

Vast monster.

Vergeet nooit dat het lichaam nooit vergeet.

Je hing me om de beurt, touw, ik kom schreeuwend terug.

Mijn schande, braak je graf van wolken gevuld met het vuur van bloedbad uit.

Zodat je dood nooit rust.

Ik wacht de mond bante mijn kwijlende waanzin.

De warmte van je hart onder mijn tong, laat je ware gezicht zien.

Ik haat je, ik haat je, ik haat je, ik haat je omdat we elkaar kennen,

omdat we elkaar kennen, omdat we elkaar kennen.