What Dreams May Come - MNQN

In the vale of years beneath

A griesly troop are seen

The painful family of Death

More hideous than their Queen

To each his suff’rings: all the same

Condemn’d alike to groan

The tender for another’s pain

Th' unfeeling for his own

And happiness too swiftly flies

When sign comes to bless

For to come destroy their paradise

The ignorance is bliss

«To die, to sleep — to sleep, perchance to dream — ay there’s the rub,

for in this sleep of death what dreams may come…»

In het dal van de jaren eronder

Er wordt een griezelige troep gezien

De pijnlijke familie van de dood

Afschuwelijker dan hun koningin

Aan elk zijn suf'ringen: allemaal hetzelfde

Condem'd gelijk om te kreunen

De aanbesteding voor de pijn van een ander

Th' gevoelloos voor zijn eigen

En geluk vliegt te snel

Wanneer teken komt om te zegenen

Om hun paradijs te komen vernietigen

De onwetendheid is gelukzaligheid

«Sterven, slapen — slapen, misschien dromen — ja, daar zit het probleem,

want in deze slaap des doods kunnen dromen komen...»