Vamods Tale - King of Asgard

In memory of Vämod stand these runes

But Varin wrote them, to his son

This I tell second to nine

Generations ago lost hid life

With the Reidgoths, and he died

With them, because of offences

Tjodrik the bold

King of sea-warriors

Rules over Reid-sea shores

Now he sits armed on his Gothic horse

Shield strapped, prince of Märings

That I tell the twelfth where the horse of Gunn

Sees food on the battlefield

This I tell the thirteenth, which

Twenty kings sat on Själland for four

Winters, with four names

Born to four brothers

Five Valkes, sons of Radulf

Five Reidulfs, sons of Rugulf

Five Haisls, sons of Hord

Five Gunnmunds, sons of Björn

Ter nagedachtenis aan Vämod staan ​​deze runen

Maar Varin schreef ze, aan zijn zoon

Dit vertel ik tweede tot negen

Generaties geleden verloren hun leven

Met de Reidgoths, en hij stierf

Met hen, vanwege overtredingen

Tjodrik de stoutmoedige

Koning der zeestrijders

Regels over de kusten van Reid

Nu zit hij gewapend op zijn gotische paard

Schild vastgebonden, prins van Märings

Dat ik de twaalfde vertel waar het paard van Gunn

Ziet eten op het slagveld

Dit vertel ik de dertiende, die:

Twintig koningen zaten voor vier op Själland

Winters, met vier namen

Geboren uit vier broers

Vijf Valkes, zonen van Radulf

Vijf Reidulfs, zonen van Rugulf

Vijf Haisls, zonen van Hordo

Vijf Gunnmunds, zonen van Björn