O Podglądaniu - Hey

Nie śpię czuwam

Na palcach podchodzę do okna

Obserwuje sąsiadów

Przez pożółkłe firanki

Widzę kobietę

W skupieniu prasującą koszulę

Modny fiolet zdobi jej powieki

Lecz to chyba nie makijaż…

Widzę staruszkę

Niewidomą z różańcem w półuśmiechu

Mały chłopiec chyba wnuczek

Wygrzebuje jej drobne z portfela

Widze mężczyznę

Z tych co nie starzeją się z godnością

Przed lustrem wciąga wielki brzuch

Smaruje się samoopalaczem…

A w moim domu

Cichutko jakby makiem zasiał

Ciszę łamią jedynie miarowe oddechy

Pora chyba rozprostować stare kośći

Dzień się skończył

Straż przejmują anioły

ik ben wakker

Ik loop op mijn tenen naar het raam

Hij let op de buren

Door vergeelde gordijnen

ik zie een vrouw

Geconcentreerd het overhemd strijken

Modieus paars siert haar oogleden

Maar het is waarschijnlijk geen make-up...

Ik zie een oude dame

Blinde vrouw met een rozenkrans in een halve glimlach

Kleine jongen, waarschijnlijk een kleinzoon

Ze pakt haar kleingeld uit haar portemonnee

ik zie de man

Van degenen die niet waardig ouder worden

Voor de spiegel trekt hij een enorme buik in

Smeert zichzelf met een zelfbruiner ...

En bij mij thuis

Rustig, alsof hij maanzaad zaaide

Alleen regelmatig ademen verbreekt de stilte

Misschien is het tijd om oude botten te strekken

De dag is voorbij

Engelen nemen de wacht over